6. Strokartonfabriek Hooites Beukema

Strokartonfabriek Hooites Beukema Hoogezand

Jacob Jan Beukema was verliefd geworden op Elsje Hooites. De familie Hooites was een bekende naam in deze omgeving en leverde al generaties lang schepen voor de scheepvaart.

Jacob Jan Beukema trouwde in 1864 met haar en twee jaar later kregen ze een zoon die ze Frederik Faber Beukema noemden. Ondertussen had de broer van Elsje, Roelof Hooites, de leiding over de scheepswerf overgenomen. Jacob Jan kwam in 1866 met het voorstel bij zijn zwager om te investeren in de strokartonindustrie. In 1869 openden ze de Hooites-Beukema strokartonfabriek. Al snel leverde de fabriek per week 10.000 kilo strokarton, en een jaar later al 40.000 kilo. In 1878 presenteerde Beukema de producten van de fabriek trots op de wereldtentoonstelling in Parijs in 1878. Helaas mochten de oprichters niet lang van hun succes genieten. Roelof Hooites overleed in 1877 en Jacob Jan Beukema in 1891. De zoon van de heer Beukema, de jongeheer Frederik Faber Beukema nam de leiding van de fabriek op zich, maar de naam Hooites-Beukema bleef in gebruik. Vijf jaar later zou Frederik Beukema samen met Jan Evert Scholten nóg een fabriek oprichten; de Beukema&Co.

Foto: Gemeentearchief Hoogezand-Sappemeer.

Daniël Edzes nam in het kader van het project De mensen van de strokarton contact op. Zijn vader Tjarko Edzes, was voorzitter van de coöperatie Hooites Beukema, was voorzitter van de Coöperatie Boerenbelang, secretaris van de Rabobank, voorzitter van de aardappelmeelfabriek De Toekomst en ook voorzitter van het stroverkoopburo. Hij schreef hierover:

‘Mijn vader was voorzitter van de coöperatie Hooites-Beukema en ook voorzitter van het stroverkoopburo de restanten daarvan bestaan nu nog als meubelhallen kolham ze hadden kantoor in een schitterende villa in hoogezand naast de damkerk. 

Hooites Beukema was particulier bedrijf. De stroleverende boeren, hadden het gevoel dat ze werden uitgeknepen en hebben daarom, het zal zo na de oorlog zijn geweest, de fabriek opgekocht. Mijn vader Tjarko was akkerbouwer en had in Wageningen gestudeerd. 

Het meest spectaculair was een grote brand in het begin van zijn voorzitterschap waarbij bijna de hele fabriek afbrandde. Kees Boon, die ertegenover woonde, belde hem toen de vlammen uit het dak kwamen, met de mededeling: ”Tjarko, ik geloof dat de fabriek in brand staat.”.

Het einde van Hooites-Beukema had waarschijnlijk toch ook te maken met het coöperatieve karakter ervan. De fabriek lag midden in het dorp, de milieubezwaren groeiden en de boeren hadden moeite het hoofd boven het water te houden. Ze hadden meer zicht op het eigen bedrijf dan op de Hooites Beukema. Daarom stopten ze hun geld waarschijnlijk liever in hun eigen boerenbedrijf.