De Strokartonindustrie in Groningen
‘Net als nu stonden gesprekken en krantartikelen in het teken van snelle technologische veranderingen, nieuwe communicatiemiddelen, globalisering en ingrijpende sociale veranderingen. Net als nu drukte de consumptiemaatschappij haar stempel op de tijd. Net als nu hadden mensen het overweldigende gevoel dat ze leefden in een steeds snellere wereld, een wereld die steeds harder voortraasde met onbekende bestemming.’
Deze regels komen uit De Duizelingwekkende jaren van Philipp Blom. In dit boek beschrijft Blom hoe Europa aan het einde van de 19e-eeuw verandert. Het waren jaren van wetenschappelijke vooruitgang, van uitvindingen en artistieke vernieuwingen.
Het is fascinerend te zien en te ontdekken dat Groningen haar eigen duizelingwekkende jaren kende. Dankzij initiatiefnemende boeren ontstaat de agrarische-industrie, waarbij de infrastructuur van Groningen volop wordt benut. Dankbaar is gebruik gemaakt van de vele waterverbindingen, van mensen die op zoek waren naar werk, en van mensen die geld hadden om te investeren.
Ideale infrastructuur voor strokarton
Het was ook de tijd waarin boeren in Oost-Groningen het initiatief namen voor onderzoek naar de verwerking van stro. In de tweede helft van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw werden meer dan twintig strokartonfabrieken opgericht in de provincie Groningen. Met name in Oude Pekela waar in totaal negen fabrieken verrezen. Alle strokartonfabrieken lagen aan het water, waardoor water en turf binnen handbereik lagen. Water en turf vormden de basis voor de energievoorziening van de fabrieken. Daarnaast kon water en stro aangevoerd worden; de grondstoffen van strokarton. Andersom kon via de vele waterwegen het strokarton weer afgevoerd worden naar bestemmingen als Groot-Brittannië en Duitsland. De meeste fabrieken stonden in de Veenkoloniën en het Oldambt. Maar ook op enkele plaatsen daarbuiten verrezen fabrieken zoals de Erica II in Oostwold, de Halm in Hoogkerk en de Ceres in Ulrum.
Honderd jaar lang strokarton
Honderd jaar lang werd van het afvalproduct stro een nieuw product gemaakt; strokarton. Terwijl de boeren voor de komst van de fabrieken hele bulten stro in de fik staken omdat ze er niks mee konden, werd het stro na de komst van de fabrieken goud waard. De eerste fabrieken werden opgericht door één of een paar rijke investeerders, later werden coöperaties opgericht zoals De Toekomst en De Vrijheid. Honderd jaar lang was strokarton een product om trots op te zijn. Over de hele wereld was vraag naar strokarton en met name Groot-Brittannië was een grote afnemer.
De uitgangspunten van Philipp Blom kunnen letterlijk teruggevonden worden in deze honderd jaren van strokartonproductie. De wetenschappelijke vooruitgang komt bijvoorbeeld tot uitdrukking in de uitvinding van één van de grondstoffen van strokarton; het waterglas. De jonge jurist Mr. Hesse, de heer E.F. Botma, apotheker Koning en Dr. Van Olm namen eind negentiende eeuw het initiatief om waterglas te gaan produceren. Ze stichtten samen de GEMBO op in Winschoten. De naam van de nieuwe fabriek ademt de sfeer van het vertrouwen in ongekende mogelijkheden; Gemeenschappelijk Energie Maakt Bloeiende Onderneming. Ook in namen van strokartonfabrieken kwam dit vertrouwen terug. De Toekomst, De Vrijheid, De Eendracht en Ons Belang zijn daar voorbeelden van. De technische uitvindingen op het gebied van stoommachines, gemalen en elektriciteit werden in de strokartonfabrieken ten volle benut. Ten slotte was er ruimte voor artistieke vernieuwingen die tot uitdrukking werd gebracht in de prachtige gevels van de fabrieken. In het gerestaureerde gebouw De Toekomst bij Scheemda is de bijzondere architectuur van architect P.G. Cremer, dat meer dan eeuw terug werd gebouwd, nog terug te zien.
Onbekende bestemming
Een eeuw na de opkomst van de strokartonindustrie, werd langzamerhand duidelijk dat het strokarton niet rendabel genoeg meer was. De grondstof stro werd vervangen door oud papier. Het eindproduct was niet langer strokarton, maar massief karton. Een aantal fabrieken kon niet op deze veranderen markt inspelen en moesten hun deuren sluiten. Steeds minder fabrieken konden met steeds grotere machines meer papier en karton produceren. Tegenwoordig draaien er nog verschillende kartonfabrieken in de provincie Groningen die een groot deel van de wereldproductie voor hun rekening nemen; Smurfit Kappa GDF in Oude Pekela, Smurfit Kappa Twincorr in Nieuwe Pekela, Smurfit Kappa Solid Board b.v. in Hoogkerk, Smurfit Kappa Solid Board b.v. in Nieuweschans, Smurfit Kappa Solid Board b.v. in Oude Pekela en ESKA Graphic Board in Sappemeer. De initiatieven die aan het einde van de negentiende eeuw werden genomen die leiden tot een ware strokartonindustrie in Groningen, vormen nu nog de basis voor een belangrijke bedrijfstak voor de provincie. ‘De wereld die steeds harder voortraast’ vraagt nog steeds om karton geproduceerd in Groningen.
Onbekend is hoelang deze vraag nog blijft bestaan. Met de tegenwoordige technologische veranderingen neemt de digitale wereld een steeds grotere plaats in het bedrijfsleven in. Papier heeft misschien haar beste tijd gehad, de verwerking van oud papier tot karton daardoor misschien ook wel. Wellicht moet er nu opnieuw gezocht worden naar een nieuw grondproduct voor karton. Zou het stro haar weg toch weer terug vinden naar de fabrieken?
Foto: Frank Straatemeier.